Stoppersregelingen veehouderij: alles over de vergoedingen

 
Stoppersregelingen veehouderij: alles over de vergoedingen
Gepubliceerd: 12-07-2023, laatst gewijzigd: 06-02-2024

Op 3 juli zijn de stoppersregelingen voor veehouders opengesteld. Op deze dag zijn ook de vergoedingen voor het inleveren van de productierechten bekendgemaakt. In dit bericht leest u alles over deze vergoedingen. Ontdek welke voorwaarden er gelden voor deelname én wat deelname voor u betekent.

Lbv+ en Lbv

Bij de beëindigingsregelingen gaat het om:

  • de Lbv+ voor ondernemers met varkens, melkvee, kippen, kalkoenen of vleeskalveren, die worden aangemerkt als piekbelaster.
  • de Lbv voor ondernemers met varkens, melkvee, kippen en/of kalkoenen. U kunt in aanmerking komen voor de Lbv als de stikstofdepositie op één of meer overbelaste stikstofgevoelige Natura 2000-gebied(en) een bepaalde drempelwaarde overschrijdt.

Via deelname aan de Lbv en Lbv-plus ontvangt u een vergoeding voor het waardeverlies van de productiecapaciteit en het inleveren van productierechten. In de Lbv+ (voor de piekbelasters) geldt hier bovenop een vergoeding voor de sloop van de stalruimte en twintig procent extra voor het waardeverlies van de productiecapaciteit.

Vergoeding voor de productiecapaciteit

Onder de productiecapaciteit vallen de stallen en mest- en voeropslagen. De vergoeding voor de productiecapaciteit is gebaseerd op tabellen per diersoort en afhankelijk van de leeftijd van de stal en de staloppervlakte.

Als ondernemer beslist u per locatie of u aan de opkoopregeling deelneemt.

Vergoeding voor productierechten

De vergoeding voor de productierechten is bij zowel Lbv als bij Lbv+ altijd honderd procent van de waarde in onderstaande tabel.

Hierbij komt de waarde van de fosfaatrechten overeen met 134,40 euro voor reguliere transacties, waar wel tien procent op wordt afgeroomd.

Vragen over de voorwaarden

We krijgen momenteel veel vragen over de voorwaarden van de beëindigingsregelingen. En over wat er wel en niet op de bestaande of nieuwe locatie is toegestaan. Vragen die we hierover bij RVO hebben neergelegd, zijn nog niet allemaal beantwoord. Hieronder gaan we in op een aantal belangrijke voorwaarden die al wél helder zijn.

1. Voorwaarden locatie

De stikstofneerslag (stikstofdepositie) wordt berekend met de AERIUS Check. De stallen zijn de afgelopen vijf jaar onafgebroken in gebruik geweest. Tijdelijke leegstand binnen de normale bedrijfsvoering is toegestaan.   

Bij deelname aan de Lbv of Lbv+ worden de stallen en mest- en voeropslagen gesloopt en verwijderd. Bij de Lbv kan onder voorwaarden een ontheffing gelden als de stallen langdurig voor andere activiteiten gebruikt gaan worden.

2. Beroepsverbod

Bij deelname aan Lbv of Lbv+ geldt een ‘beroepsverbod’. Dit betekent dat u stopt met het houden van landbouwhuisdieren op de locatie(s) waarvoor u als veehouder subsidie ontvangt. Dit geldt ook voor andere landbouwhuisdieren dan waarvoor u subsidie hebt ontvangen. De locatie wordt ‘onomkeerbaar’ gesloten. Dit houdt onder meer in dat u er niet langer landbouwhuisdieren mag houden. Dit wordt ook met een kettingbeding ingeschreven in het Kadaster.

Houd verder rekening met de volgende voorwaarden:

  • Dierlijke meststoffen moeten zijn verwijderd, de productierechten zijn geheel of gedeeltelijk vervallen en diverse meldingen/vergunningen voor milieu en natuur worden ingetrokken.
  • U moet kunnen aantonen dat u bij de gemeente een verzoek hebt ingediend om geen veehouderij meer uit te oefenen. En dat dit verzoek behandeling is genomen.
  • Op andere locaties in Nederland en binnen de EU mag u niet dezelfde diersoorten houden als op de locatie die met subsidie wordt beëindigd.
  • Als u na beëindiging van de veehouderij andere activiteiten op die locatie verricht, mag de stikstofemissie niet méér bedragen dan vijftien procent van de oorspronkelijk toegestane stikstofemissie.
  • Ondernemers met meerdere locaties die ervoor kiezen om met één van de locaties deel te nemen aan de stoppersregeling, mogen wel doorgaan met hun veehouderijbedrijven op andere locaties.
  • Als u stopt, mag u op dezelfde locatie ondernemen in een andere sector, zoals akkerbouw of een camping. Het is ook mogelijk om hobbydieren te houden.

Fiscale aspecten

De fiscus ziet uw deelname aan de stoppersregeling als een vorm van overheidsingrijpen. Hierdoor mag de verruimde HIR (herinvesteringsreserve) worden toegepast, ook bij gedeeltelijke bedrijfsbeëindiging.

De herinvesteringsreserve is een fiscale faciliteit waarmee u bij de verkoop van bedrijfsmiddelen in aanmerking komt voor uitstel van belastingbetaling. U krijgt dan drie jaar de tijd om de vergoeding die u ontvangt te herinvesteren in machines, installaties, gebouwen, specifieke rechten, etc.

Vergelijking tussen Lbv+ (voor piekbelasters) en Lbv

Item

Aanvraagperiode

Lbv+

3 juli 2023 t/m 5 april 2024

Lbv

 3 juli t/m 1 december 2023

 

 

 

 

Diersoorten

Varkens, melkvee, kippen, kalkoenen en vleeskalveren

Varkens, melkvee, kippen en kalkoenen

 

Drempelwaarde stikstofdepositie

2.500 mol

Drempelwaarde per Natura2000-gebied

 

Vergoeding voor de onderdelen

Waardeverlies productiecapaciteit Productierechten

Sloopkosten

Waardeverlies productiecapaciteit Productierechten

Vergoeding waardeverlies productiecapaciteit

120 procent van gecorrigeerde vervangingswaarde

100 procent van gecorrigeerde vervangingswaarde

 

Toekenning subsidie

Volgorde van binnenkomst

 Basis kostenefficiëntie (zie ‘Na de aanvraag Lbv’)

 

Beslissing op aanvraag

Binnen 16 weken na aanvraag

Uiterlijk 1 juni 2024

 

Benodigde gegevens voor uw aanvraag

Welke gegevens zijn nodig voor een aanvraag Lbv of Lbv+?

  • gegevens aanvrager (onder andere KVK-nummer) en locatie
  • het gemiddeld aantal dieren per diersoort in 2021 (of eventueel 2019 of 2020)
  • omvang productierechten
  • of uw bedrijf beschikt over een natuurvergunning
  • per stal: datum waarop er voor het eerst landbouwhuisdieren in zijn gehouden en de oppervlakte van de stal in vierkante meters op basis van de buitenmaten van de stal
  • actuele kaart van de veehouderijlocatie, met aanduiding van de stallen met diersoort(en)
  • actuele WOZ-beschikking
  • kopie berekening AERIUS Check
  • kopie administratie van gemiddeld aantal gehouden dieren in 2021 (of eventueel 2019 of 2020)
  • indien aanwezig: melding Activiteitenbesluit milieubeheer, omgevingsvergunning beperkte milieutoets of omgevingsvergunning milieu
  • indien aanwezig: vergunning Wet natuurbescherming of eventueel verklaring van geen bedenkingen
  • bouwtekening

Na de aanvraag Lbv

Als er bij de Lbv onvoldoende budget beschikbaar is, dan worden de aanvragen gerangschikt op basis van kostenefficiëntie. Dit wordt per diersoort bepaald. Hierbij wordt gekeken naar de verhouding tussen de hoeveelheid stikstofneerslag die wordt voorkomen en het subsidiebedrag. De aanvragen met de beste kostenefficiëntie komen het eerst in aanmerking voor subsidie. Dit zijn aanvragen waarbij het subsidiebedrag per mol stikstofreductie het laagste is.

Bij de Lbv ontvangt u uiterlijk 1 juni 2024 een beslissing van de RVO. Bij een positieve beslissing ontvangt u bij de beslissing een overeenkomst. U hebt dan zes maanden de tijd om de overeenkomst ondertekend terug te sturen. Pas dan is de keuze tot bedrijfsbeëindiging ‘definitief’.

Na het ondertekenen van de overeenkomst kan uw bedrijf tweemaal een voorschot ontvangen. Ook moet u binnen twaalf maanden na ondertekening de veehouderij-activiteiten beëindigen.  

De aanvragen voor de Lbv+ worden behandeld op basis van wie het eerst komt, die het eerst maalt. Binnen zestien weken na de aanvraag ontvangt u een beslissing van de RVO. Als de beslissing positief is dan ontvangt u bij de beslissing een overeenkomst. U hebt dan zes maanden de tijd om de overeenkomst ondertekend terug te sturen. Pas dan is de keuze tot bedrijfsbeëindiging ‘definitief’.

Na het ondertekenen van de overeenkomst kan uw bedrijf tweemaal een voorschot ontvangen. Ook moet u binnen twaalf maanden na ondertekening de veehouderij-activiteiten beëindigen en bepaalde ‘acties’ hebben uitgevoerd. Binnen 28 maanden na ondertekening moeten de stallen, dierenverblijven, mestkelders en -silo’s, sleuf- en voersilo’s zijn gesloopt en afgevoerd.

Tot slot

Flynth kan u samen met de specialisten Gebouw en omgeving van Rombou ondersteunen bij het maken van uw keuzes. Het in beeld brengen van de verschillende opties hoort hierbij. Net als het inzichtelijk maken van de fiscale gevolgen. Wilt u meer weten? Neem dan contact op met uw relatiebeheerder of adviseur van Flynth.

Hebt u een vraag over dit artikel?

Stel uw vraag via het onderstaande formulier en dan nemen wij contact met u op.
 

Nieuws

Geschreven door: