Startpakket voor op gang brengen vergunningverlening

 
Startpakket voor op gang brengen vergunningverlening
Gepubliceerd: 27-05-2025, laatst gewijzigd: 27-05-2025

Het kabinet presenteerde onlangs een startpakket aan maatregelen. Daarmee wil het de activiteiten die vanwege stikstof zijn stilgelegd weer op gang brengen. Zowel vanuit de Kamer als vanuit de maatschappij is er veel kritiek op de plannen. De meeste Kamerfracties vinden de plannen niet toereikend. In een recent Kamerdebat gaf premier Schoof aan dat pijnlijke keuzes onvermijdelijk zijn. De premier constateert dat het nog jaren duurt voordat de benodigde vermindering van stikstof is behaald. En dat het huidige plan “een eerste stap” is om weer vergunningen te kunnen verlenen.   

Voor de veehouderij moet het startpakket opleveren dat de vergunningverlening van het slot gaat en veehouders weer kunnen investeren én innoveren. We zetten voor u op een rij welke maatregelen staan gepland. 

Nederland van het slot 

Twee rechterlijke uitspraken onderstrepen de urgentie om stikstof te verminderen en natuur te herstellen. De recente uitspraak van de Raad van State over intern salderen heeft de ruimte voor vergunningsverlening verder beperkt. Anderzijds is er de urgentie om verschillende sectoren weer op gang te brengen. Daarom presenteerde het kabinet een startpakket om Nederland van het slot af te krijgen.  

Het kabinet wil een wetenschappelijk onderbouwde rekenkundige ondergrens voor de stikstofneerslag invoeren, een nieuw vergunningstelsel, sturing op stikstofuitstoot in plaats van stikstofneerslag en een regionale aanpak rondom de gebieden met de meest urgente opgave. Via een Kamerbrief maakte het kabinet de plannen voor verschillende sectoren bekend. Voor de agrarische sector zijn de belangrijkste plannen regelingen voor extensivering, vrijwillige beëindiging en doelsturing.  

Na de zomer wil het kabinet een nieuw vergunningsstelsel presenteren, gebaseerd op een beter inzicht in de staat van de natuur en alle bijhorende drukfactoren. Ook kijkt het kabinet voor de langere termijn naar het herijken van Natura 2000-gebieden. 

Emissiereductie in alle sectoren 

Het kabinet wil in 2035 een emissiereductie van 50 procent ten opzichte van 2019 realiseren voor industrie, mobiliteit en bouw. Voor landbouw geldt een emissiereductie van 42 tot 46 procent. Om dit te bereiken, zijn nu maatregelen vastgesteld waarop het kabinet de komende periode gaat voortbouwen. Alle sectoren dragen daaraan bij.  

Voor de industrie zijn de maatregelen onder meer gericht op verdere verduurzaming van afvalverbrandingsinstallaties en het intensiveren van de aanpak piekbelasting industrie. Voor de landbouw kiest het kabinet voor doelsturing, natuurlijk verloop en extra inzet van middelen rond bepaalde Natura 2000-gebieden, zoals agrarisch natuur- en landschapsbeheer. Voor mobiliteit en bouw denkt het kabinet aan verduurzaming van de binnenvaart en het spoorgoederenvervoer in de Rotterdamse haven, verduurzaming van wegverkeer en gebiedsgerichte trajectcontroles rondom stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden. 

Budget en doelsturing 

Het kabinet maakt 1,6 miljard euro vrij uit het Hoofdlijnenakkoord, naast de 600 miljoen euro die in de Voorjaarsnota al is vrijgemaakt. Daarnaast komt er structureel 213 miljoen euro vrij. Uit dit totale startbedrag van 2,2 miljard euro komt voor de periode 2026 tot en met 2030 een bedrag van 200 miljoen euro beschikbaar voor doelsturing, inclusief normen, data-infrastructuur, toezicht en handhaving. Het kabinet wil toewerken naar een stoffenbalans op bedrijfsniveau en investeren in sensoren en meetsystemen. Boeren krijgen ondersteuning met benchmarkgegevens en kennis over reductiemaatregelen. Voor waterkwaliteit komt er een doelgerichte aanpak met de sector, gebaseerd op indicatoren zoals stikstofmetingen.  

Doelsturing geeft boeren ruimte om stikstofreductie te realiseren via eigen maatregelen, zoals managent- of stalmaatregelen. Dit kan via afrekenbare, bedrijfsspecifieke normen, die technisch en economisch haalbaar zijn. Het kabinet overweegt ondersteunende maatregelen, onder andere gericht op innovatie. Waar mogelijk sluiten nieuwe regelingen aan bij bestaande stelsels, om stapeling van verplichtingen en extra stelsels te voorkomen.  

Specifiek melkveehouderij 

Voor de melkveehouderij komt een tijdelijke, vrijwillige extensiveringsregeling, om de permanente emissiereductie te borgen. Dit moet ook de mestmarkt verlichten en helpen om de klimaat- en ammoniakdoelen te bereiken: de reductie van 0,5 Mton CO2-equivalenten en 0,6 kton ammoniak. Voor de periode 2025 tot en met 2029 is hiervoor 627 miljoen euro beschikbaar. Daarnaast verkennen de zuivelindustrie en banken een private bijdrage.   

Voor veehouders die willen stoppen, komt er 750 miljoen euro beschikbaar voor een vrijwillige beëindigingsregeling. Deze regeling richt zich op gebieden met de meest urgente stikstofproblematiek. Voor natuurherstel trekt het kabinet 100 miljoen euro extra uit. 

Naast deze algemene maatregelen gaat het kabinet aan de slag in de gebieden met de meest urgente opgave, zoals de Veluwe en de Peel. Hiervoor heeft het kabinet 600 miljoen euro vrijgemaakt. Uitwerking van de invulling vindt plaats in overleg met de provincies.  

Meer weten? 

Hebt u vragen over de gevolgen van dit maatregelenpakket voor uw bedrijf of mogelijke kansen voor uw situatie? Neem contact op met één van onze adviseurs of vul onderstaand contactformulier in.  

 

Hebt u een vraag over dit artikel?

Stel uw vraag via het onderstaande formulier en dan nemen wij contact met u op.
 

Nieuws

Geschreven door: